Een blinde labrador

M: Dag Labrador, ik zie je bijna dagelijks op jouw wandeling, wanneer ik ook met Kaila wandel. We hebben aan elkaar staan snuffelen en vanochtend vroeg ik je tijdens de wandeling of we konden praten. Nu is dat zover, wil je praten?
L: Ja, ik wil graag praten. Ik begrijp dat je wilt weten hoe het voor mij voelt om als blinde hond in het bos te wandelen?
M: Ja, dat wil ik graag van je weten. Ik zie je altijd heel stijf en voorzichtig lopen en ik zie je ook veel stilstaan en ik vroeg mij af of je nog wel voldoende levensvreugde hebt.
L: Zoals je gezien hebt ben ik een oude hond en ik ben bijna versleten, mijn botten zijn pijnlijk en daarom loop ik moeilijk. En natuurlijk ben ik blind, nou ja, niet helemaal, ik zie nog wel vaag licht en donker, maar ik kan zeker geen voorwerpen, bomen of mensen onderscheiden. Dat lukt niet meer. Zoals je aan mijn ogen hebt kunnen zien heb ik ernstige staar. Dat is niet pijnlijk, maar je ziet gewoon niet meer voldoende om gewoon rond te lopen. Mijn baas is zo lief om dagelijks met me te gaan wandelen, samen met mijn vriendje de zwarte labrador. We hebben een hele mooie tijd met z’n allen gehad, maar nu is het voor mij wel moeilijk. Toch klaag ik niet, ik geniet min of meer van de wandelingen. Zo kom ik buiten, ruik ik heel veel en krijg ik frisse lucht waar ik wel heel erg behoefte aan heb. Dus ja, ik heb nog duidelijk levensgenot. Het stil in huis liggen en slapen is heerlijk, maar mijn hoogtepunten zijn wel de wandelingen en als mijn baas me knuffelt. Dat knuffelen geniet ik buitensporig van maar dat kun je niet de hele dag doen. En dan de wandelingen. We gaan met de auto naar het wandelgebied. Daar tilt de baas me uit de auto, zoals hij me er ook eerst in heeft getild. Dan sjok ik een beetje achter de geur van mijn baas aan. Maar ik ben snel afgeleid, ook al omdat het lopen best wel pijnlijk is met mijn stramme ledematen. En dan blijf ik een tijdje staan en ruik aan een grasspriet of een bosje of aan bramen of iets op het pad. Maar dat ruiken is een smoes om het even rustig aan te doen. Mijn baas heeft dat heus wel door en die moedigt me aan om door te lopen. Maar dan draai ik mijn kop nog een keer naar een andere lucht en als het dan echt onvermijdelijk is, loop ik weer een stukje. Gelukkig heeft mijn baas dat geduld met me dat nodig is voor mij om vooruit te komen. En daar ben ik dankbaar voor.

Zo kom ik buiten, ruik ik heel veel en krijg ik frisse lucht waar ik wel heel erg behoefte aan heb. Dus ja, ik heb nog duidelijk levensgenot.

M: Dus je hebt nog wel duidelijk genoeg om voor te leven als ik jou zo hoor.
L: Ja, gelukkig wel. Ik geniet van onze zeer slome wandelingen en van mijn baas thuis. Mijn zwarte vriendje heeft wat minder geduld tijdens de wandeling, die wil altijd maar verder, maar hij geeft mij gelukkig wel de ruimte die ik nodig heb.
M: Ik ben blij dit allemaal van je te horen, dank je wel dat je me dit verteld hebt.
210708

1 antwoord

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *